Moge mijn gebed opstijgen tot U, Eeuwige, op het juiste moment

Bidden, dawwenen, oren. Het zijn drie woorden voor hetzelfde begrip. Over de hele wereld is gebed de verbinding met het Hogere, ook met het Hogere in jezelf. Dawwenen en oren zijn Jiddische woorden met Latijnse wortels voor het Nederlandse woord bidden. Binnen het jodendom is het bidden in de plaats gekomen voor het offeren in de Tempel die in Jeruzalem stond en in het jaar 70 door de Romeinen werd verwoest.

In de Joodse boekenkast bevindt zich altijd wel een gebedenboek. Soms uit elkaar gevallen door het vele gebruik, soms nog keurig in de band, klaar om een handreiking te zijn voor degene die er niet zo vertrouwd mee is. In het Joodse huis wordt vaker naar het gebedenboek gegrepen dan naar de Bijbel. De hoofdgebeden bestaan uit het ochtendgebed, het middaggebed en het avondgebed. Het streven is om deze drie gebeden uit te spreken met een minjan – minimaal aantal van 10 mannen van 13 jaar en ouder en het liefst in de synagoge. Maar in de kleine steden en dorpen wonen te weinig Joden om dit aantal bij elkaar te krijgen. Veel vaker wordt het sidoer – het gebedenboek – gebruikt om na de broodmaaltijd het lange dankgebed uit te spreken. Je kent dat na jaren echt wel uit je hoofd, maar als er om je heen gepraat wordt, kun je je in de tekst vergissen. Ook de tekst van het nachtgebed, een kort gebed voor het slapen gaan, kun je in het boek terugvinden. Als je behoefte hebt aan een troostende of mooie gedachte, zoek je er de ‘Spreuken der Vaderen’ in op.

Speciale gelegenheden

Rondom de inwijding van een nieuwe woning kan een feestelijke bijeenkomst belegd worden, waarbij de mezoeza aan de deurposten wordt geslagen. Een mezoeza is een kokertje met daarin een stukje perkament, waarop het Sjema is gekalligrafeerd. Het Sjema is de belijdenis van de Eenheid van G’d. Het bestaat uit drie passages uit de Tora: Deut. 6:4-9, Deut. 11:13-21 en Num. 15:37-41. Daarnaast worden speciale gebeden uitgesproken, waarin wordt gevraagd ziekte en verdriet verre van het huis te houden. Hoe mooi was het moment toen wij, net ouders geworden, voor het eerst ons kind konden zegenen met de aloude priesterzegen. De zegen die ik mijn hele jeugd elke vrijdagavond ontving bij de wijding van de sjabbat. Het Joodse gebed heeft een vaste formulering met maar heel weinig ruimte voor het persoonlijk gebed. Dat geeft een band met de vorige generaties die in dezelfde omstandigheden misschien wel dezelfde gebeden hebben gekozen.

Een godsdienstiger leven

Op elk moment van je leven kun je kiezen voor een godsdienstiger leven. Hoe begin je daarmee? Synagogebezoek is misschien nog een te hoge drempel. Wellicht heb je ooit een Joods gebedenboek gekregen. Of je koopt er een met de Hebreeuwse tekst aan de rechterkant en de Nederlandse vertaling ernaast aan de linkerkant. Je bladert het door en ziet achterin het boek de vele berachot – de zegeningen. Voordat je begint aan het knabbelen van een koekje, een appel, een wortel, dank je G’d daarvoor. Ook dankbaarheid voor het kunnen kopen van nieuwe kleding druk je uit in een korte zegenspreuk. Rustgevend zijn de zegenspreuken voor bliksem en donder die je bij onweer kunt uitspreken. Bewondering wanneer je in het voorjaar alles weer in bloei ziet staan, kan je kwijt in de zin: ‘Geprezen U, Eeuwige, onze G’d, Koning van de wereld die mooie bomen schiep om de mensen ervan te laten genieten.’ Maar ook bij droevige berichten kun je even met een klein zinnetje bij wijze van spreken tegen G’ds schouder aanleunen.

Psalmen

Psalmen vormen een groot gedeelte van het sidoer. Achterin staat op welke bladzijde een bepaalde psalm te vinden is. Er zijn zelfs hele schema’s voor een hele week, een hele maand of een heel jaar. Psalmzeggen om vreugde in uit te drukken, maar zeker ook als steun bij verdriet. Je kunt psalmen reciteren voor een zieke die je persoonlijk kent, maar er zijn zelfs groepen die met elkaar psalmen zeggen voor een zieke die ze helemaal niet kennen. Men hoopt daardoor genezing te brengen.

Tekst: Nechamah Mayer-Hirsch, Joods publiciste.

Meer informatie:

Inleiding op BIDDEN IN HET JODENDOM (NIK)
WERKMATERIAAL OVER BIDDEN (door Leo Geurts)